Ladbergen

 

De roots liggen dus in Ladbergen, een dorp gelegen in de deelstaat Nord-Rhein-Westfalen. Ladbergen ligt tussen Osnabrück en Münster in de regio Tecklenburg ,zo’n 10 kilometer van Tecklenburg en vanaf de grens voorbij Oldenzaal is het ongeveer 65 km. Het kleine dorp Ladbergen werd voor het eerst in 950 in een oorkonde van het klooster Freckenhorst genoemd en is dus aantoonbaar meer dan duizend jaar oud. Met zijn bijna 7.000 inwoners (plus 700 permanente bewoners in recreatiewoningen) is Ladbergen de bijna kleinste zelfstandige gemeente in het district Steinfurt.

Eeuwenlang was de economie van Ladbergen gebaseerd op landbouw. De zandgrond echter was onvruchtbaar en  leverde bescheiden oogsten op. De levensomstandigheden waren dan ook armoedig. Door de introductie van kunstmest in de 20e eeuw leverden de oogsten kwalitatief meer op en werd met de ruimere financiële middelen de armoede bestreden en terug gedrongen. Na de 2e Wereldoorlog heeft het West-Duitse Wirdschaftwunder gezorgd voor nieuwe banen in de handel, het vervoer, de dienstensector en het toerisme en hierdoor kwamen er veel forenzen naar Ladbergen. Ook vestigden zich er in de laatste decennia veel nieuwe succesvolle ondernemingen en bedrijven.

  

Kort bezoekje aan Ladbergen

 

 Zo’n 4 jaar geleden brachten Lidy (mijn vrouw) en ik op de bonnefooi een tweedaags bezoekje aan Ladbergen. Tijdens de laatste kilometers voor Ladbergen viel ons de omgeving op. Een glooiend gevarieerd landschap in een vriendelijke en rustige omgeving. Wij begaven ons in eerste instantie naar het centrum waar wij in het Posthotel of  “Das Hotel Gasthaus zur Post” een heerlijk kopje koffie met gebak gebruikten. Het personeel was gastvrij en de mensen erg vriendelijk. 

Als je wilt weten of mensen met je achternaam nog veel in een bepaald gebied voorkomen, kun je bijvoorbeeld een kerkhof bezoeken. Dus gingen we naar twee kerkhoven. Het algemene kerkhof en het kerkhof naast de Evangelische Kirche. De naam Aufderhaar komt op veel grafstenen voor, ook van recente sterfgevallen.

Op het gemeentehuis was de ontvangst vriendelijk en werden wij naar het kantoor van de burgerlijke stand verwezen. Geen briefje trekken, geen rij wachtenden en geen loket: in verband met de kleinschaligheid is het vrij toegankelijk en je hebt direct contact met de medewerkers.

Een ambtenaar gaf ons de naam en het telefoonnummer van een stamboomonderzoeker ter plaatse die veel ervaring heeft opgedaan op het gebied van stamboomonderzoek en dus over een groot scala aan informatie beschikt. Omdat wij dezelfde dag weer afreisden naar Kampen, hebben wij op dat moment geen contact opgenomen. Ook kregen wij een boekje met de titel “Auswanderer der Gemeinde Ladbergen 1830-1890”.

Hierin staan alle gegevens van geëmigreerde Ladbergers en ontdekte ik ook het gezin van Johann Hermann Aufderhaar dat in 1841 emigreerde naar de USA. Hij is mijn “oudvader”, de vader van mijn betovergrootvader Berend Aufderhaar.

Het blijkt dat 37% van de bevolking van Ladbergen  in de periode 1830-1890 zijn geëmigreerd en in grote mate naar de USA. Dit percentage is in Duitsland in die periode het hoogst.

In de volgende alinea  zal ik  u vertellen over de emigratie van de Aufderhaar’s naar de USA en mij specifiek richten op mijn “oudvader” en zijn gezin. 

  

Emigratie naar Amerika

 

Ik heb al aangegeven dat een groot deel van de bevolking van Ladbergen hun heil zochten in overzeese landen en met name emigreerden naar de Verenigde Staten om daar een betere toekomst op te bouwen. Vooral in de periode van 1830 tot 1930 vond er in Ladbergen een ware uittocht plaats. Zoals al eerder werd genoemd emigreerde 37% van de bevolking van Ladbergen.

Een groot gedeelte van de Ladberger emigranten vestigden zich in New Knoxville en de omgeving. New Knoxville ligt in de staat Ohio. Kenmerkend zijn de overeenkomsten in de twee partnergemeenten. Een voorbeeld hiervan is de architectuur van de twee kerken: In Ladbergen de Evangelische Kirche (zie foto's in Home) en de First Church of New Knoxvlle (zie foto rechtsboven). Het Ladbergse hoogduits wordt nog steeds in New Knoxville gesproken.

 

Bijna het hele gezin van mijn oudvader Johann Hermann Aufderhaar emigreerden naar USA. Volgens het boekje "Auswanderer der Gemeinde Ladbergen" emigreerden zij per boot in 1841 naar de USA.

Johann Hermann, was gehuwd met Anna Christina(e) Kämper en samen hadden zij 7 kinderen. 

 

  1. Christina Elisabein of Christine Elisabeth, geboren 26 november 1806
  2. Heinrich Wilhelm of Herman Heinrich, geboren 8 februari 1810
  3. Herman Wilhelm of Wilhelm, geboren 26 mei of 28 mei 1813
  4. Herman Heinrich Wilhelm of Herman Wilhelm, geboren 25 maart 1816. of 25 mei 1816
  5. Heinrich Wilhelm of Hendrik of Harm, geboren 17 april 1820
  6. Heinrich Adolph of Henry Adolph geboren 14 juli 1823
  7. Sophia Christina Elisabeth, geboren 16 juli 1826

 

Zoals uit voorgaande is op te maken, is er veel onduidelijkheid b.v. over de namen, geboortedata en de emigratie op zichzelf. De ouders zijn namelijk in Ladbergen begraven. Zijn ze teruggekeerd of is er alleen een aantal kinderen vertrokken naar de USA.

Het is zeker dat de oudste dochter Christine in 1860 met haar man Johan Wilhelm  Oberhellmann is geëmigreerd.

De oudste zoon Herman (mijn betovergrootvader) is niet geëmigreerd naar de USA en staat ook niet vermeld in het emigratieboek Auswanderer der Gemeinde Ladbergen. Wel verliet hij Duitsland om zich in Nederland te vestigen.

De gegevens van de 2e en 3e zoon zijn in de door mij bezochte sites  nogal verschillend. Is het dezelfde persoon? Of  is er toch sprake van twee verschillende kinderen. Wat betreft hen zijn er nog veel onduidelijkheden en is er een uitgebreider onderzoek nodig. Wel is het bijna zeker dat ze naar de USA zijn vertrokken.

De 4e zoon  Hendrik/Harm staat wel geregistreerd als emigrant in 1841, maar is op 11 november 1848 in het Ambt Hardenberg gehuwd met Janna Hakkers en zij hebben 4 kinderen gekregen, waarvan de twee oudste kinderen naar Amerika zijn geëmigreerd. Hendrik liet een groot nageslacht na  in de omgeving van Hardenberg.  In de plaatsen Dedemsvaart, Hardenberg, Vriezeveen, Vroomshoop, Ommen, Gramsbergen en Bergentheim wonen momenteel nog veel Aufderhaar’s.

De 5e zoon Henry Aldolph is volgens Auswanderer der Gemeinde Ladbergen twee keer geëmigreerd en wel in de jaren 1841 en 1844. Van hem heb ik via internet tot nu toe niets kunnen vinden Wel emigranten met dezelfde voor- en achternaam, maar met andere geboortedata.

De 2e dochter Sophia Christina Elizabeth is op 15 september 1826 3 maand oud overleden. 

 

Een beroemde Amerikaan met roots in Ladbergen

 

Astronaut Neil Alden Armstrong, de eerste Amerikaan die op 21 juli 1969 als eerste mens op aarde een voet op de maan zette, heeft Schotse en Duitse voorouders. Zijn vader was van Schotse afkomst en zijn moeder’s voorouders zijn in 1865 vanuit Ladbergen naar de USA geëmigreerd.

 

Emigratie naar Nederland

 

Twee broers, Herman en Hendrik, zijn dus geëmigreerd naar Nederland. Verderop zal ik  hun geschiedenis uitdiepen.

 

Seizoenarbeid in Holland

 

In de tijd dat mijn bedovergrootvader Herman Auf der Haar in  Ladbergen leefde, waren de leefomstandigheden in Ladbergen uitermate slecht. Er heerste veel werkloosheid en armoede.Veel mannen vertrokken met of zonder gezin elk jaar voor zo’n 10 weken als turfsteker of grasmaaier naar het welvarende Nederland. Te voet of met een vrachtschip reisden zij dagenlang de route vanaf Ladbergen over de Rijn via Salzbergen, Nordhorn , Neuenhaus en Hardenberg naar het gebied om en nabij Dedemsvaart.

 Volgens de registers is Heinrich Wilhelm op 8 februari 1810 in Ladbergen geboren. Oudste zoon van Johann Hermann Aufderhaar en Anna Christina Kämper. Er kwamen daarna nog drie zonen allen met de namen Heinrich, Hermann, Wilhelm en Adolph in hun voornamen verweven. Mijn bedovergrootvader werd later dan ook als Herman (Hendrik) geregistreerd. Hij is op 31 december 1837 gehuwd met Fenne Feseker, dochter van Berend Feseker. De voornamen Herman, Berend en Fenne komen later nog veel in de familie voor.

Aangenomen kan worden dat hij als turfsteker in de omgeving van Dedemsvaart heeft gewerkt. Daarvoor stond hij en zijn vrouw ingeschreven in de burgerlijke stand van de gemeente Denekamp als inwonenden van het dorp Noord-Deurningen. Momenteel behoren beide dorpen tot de gemeente Dinkelland

Herman en Fenne kregen 4 kinderen:

1e. Berend, geboren 10 juli 1842 in Noord-Deurningen;

2e. Johanna, geboren december 1844 en overleden 9 februari 1845 in                 Noord-Deurningen;

3e. Joanna, geboren mei 1846 en overleden 10 september 1846 in                       Noord-Deurningen;

4e. Christina, geboren 16 juli 1848 en overleden 11 november 1848 in                  Dedemsvaart, gemeente Avereest.

 

De seizoenarbeiders en hun gezinnen leefden ook in Nederland in armoede. Zij en/of leden van hun gezinnen werden geveld door koorts, malaria, reuma en longontsteking.

Waarschijnlijk heeft Herman zijn land als turfsteker verdiend omdat hij later als landbouwer stond ingeschreven. De boerderij die hij en zijn gezin bewoonden, staat nog steeds aan het Ommerkanaal in Dedesmvaart.

Herman Auf der Haar overleed op 15 maart 1886. 

 

Overgrootvader Berend en grootvader Herman Auf der Haar

 

Berend Auf der Haar volgde als zoon zijn vader op als landbouwer. Hij trouwde met Alberdina Koning en  overleed op 90 jarige leeftijd. Samen hebben zij 5 kinderen waarvan de zonen Harm en Jan op zeer jonge leeftijd overleden en dochter  Fennigje de 22 jarige leeftijd bereikte.

Daarna nam mijn grootvader Herman het bedrijf van zijn vader over. Hij en zijn vrouw Geertje Linde kregen 10 kinderen, waarvan er 3 op zeer jonge leeftijd overleden en ook hun dochter Fennigje stierf ook relatief jong: zij werd slechts 23 jaar. Twee dochters emigreerden met hun gezinnen in de jaren 50 naar Canada en bouwden daar een goed bestaan op.

Herman en Geertje waren op het menselijke vlak een geliefd echtpaar. Herman behoorde tot de notabelen, zoals men het in die tijd noemde, van de Hervormde gemeente en Geertje was sociaal bewogen en zorgzaam voor iedereen in haar omgeving. Herman’s interesses gingen uit naar alle nieuwe ontwikkelingen in die tijd: de wederopbouw van Nederland na de tweede oorlog bracht heel veel veranderingen met zich mee. Toen bijvoorbeeld de TV zijn intrede deed, was hij dan ook één van de eersten die zich deze nieuwsbron aanschafte.

Ook op politiek gebied was hij op de hoogte en vertelde hij ingetogen zijn mening. Ook zijn humor werkte aanstekelijk en ging nooit ten koste van een medemens. Het was altijd plezierig bij hem te zijn. Ik herinner mij nog goed, dat ik op 11 jarige leeftijd tijdens mijn nieuwjaarsbezoek aan hem een glas rode pleegzustersbloedwijn kreeg aangeboden. Ik rook de alcohol en waarschijnlijk keek ik toch een beetje onzeker. Maar opa overtuigde mij. Hij zei: “Drink nou maar lekker: Je wordt er warm van, want buiten is het koud, en het is gezond ”. Na deze constatering stak hij weer een dure sigaar op en de kamer werd gevuld door een aromatische geur en inderdaad ik kreeg het warm en vond de wijn nog lekker ook. Thuis heb ik het maar niet verteld, want mijn vader was behoorlijk gekant tegen alcohol. In deze tijd kan dit ook beslist niet meer.

Hij overleed op een respectabele leeftijd van 92 jaar.

  

Vader Frens Auf der Haar en de huidige generatie.

 

Grootvader Herman had ook een keerzijde. Hij was geen echte boer en kwam financieel dan ook in de problemen. Hij had een filosofisch karakter en is misschien in een verkeerde tijd geboren.

Door deze omstandigheid waren de mogelijkheden voor mijn vader en zijn broer Berend om zelf een agrarisch bedrijf te runnen financieel zeer beperkt. Een boerderij  pachten was het enige alternatief. De geschiedenis herhaalde zich. Ook onze oudvader Johann Hermann Aufderhaar heeft in zijn tijd ook een boerderij gepacht.

Vader Frens  is geboren op 19 april 1912 en overleden op 17 augustus 1980. Hij is op 3 mei 1935 gehuwd met moeder Hendrika Oosterhuis,  geboren 1 december 1911 en overleden  10 augustus 2002. Samen hebben zij 4 kinderen. : 3 dochters en 1 zoon.

De drang om een eigen bedrijf op te zetten wilde hij realiseren om evenals zijn zusters te emigreren naar Canada. Voor mijn moeder was dit geen optie en daarom besloten zij om een boerderij te kopen. Dat lukte aanvankelijk, echter het één en ander konden zij alleen maar van de grond krijgen door het aangaan van een hypothecaire lening.  Zijn bank en de andere plaatselijke banken gaven hen echter niet de mogelijkheid. De naam Auf der Haar  was besmet. Twee welgestelde dames gaven hen wel het vertrouwen en zo konden vader en moeder in 1956 hun eigen bedrijf in Dedemsvaart starten. Het perceel was  vlakbij  het dorp gelegen en het centrum was in 5 minuten te voet te bereiken. Ideaal voor mijn moeder en het hele gezin. Het was voor hen een tijd van hard en veel werken en zuinig leven. Belangrijker voor hen was dat ze in de loop der jaren een goed bestaan konden opbouwen en mijn vader, naast z‘n agrarische bezigheden en het opbouwen van een veestapel, zich kon toeleggen op het fokken van paarden: zijn grote hobby. In de loop der tijd viel het grootste gedeelte van het land onder de uitbreiding van het dorp Dedemsvaart en werd de grond in gedeelten verkocht aan de gemeente. Het gedeelte dat niet onder deze uitbreiding viel, is aan een buurman verkocht; hij was jong en wilde graag zijn bedrijf uitbreiden. Op een ander perceel werd nog een nieuwe paardenstal gebouwd, zodat mijn vader zich geheel kon richten op de paardenfokkerij. Aan het kanaal De Dedemsvaart lieten zij een nieuw huis bouwen. Jammer genoeg kon mijn vader hier maar 8 jaar van genieten. Hij stierf op 68 jarige leeftijd. Mijn moeder heeft nog lang in “haar huis” mogen wonen in een jonge buurt en omringd door goede buren waar zij zich helemaal “thuis” voelde.

Zij overleed in de leeftijd van 90 jaar.

 

De huidige generatie bestaat uit mijn vrouw Lidy, ondergetekende en onze kinderen Iris en Vincent, 1 schoonzoon Peter Paul en 1 schoondochter Evelyn. Lidy en ik zijn beiden werkzaam geweest in het onderwijs en onze 2 kinderen hebben ons voorbeeld gevolgd. En wat het nageslacht betreft zijn wij de trotse oma en opa van 2 schatten van kleindochters en 1 kleinzoon : Tessel en Renee en onze stoere kleinzoon Denn. Een dag in de week mogen wij ze lenen: oppassen dus. En dat doen wij met alle liefde.

 

Frans auf der Haar